Jrg 20 no 8 november 2023
Uitsluiting van de LGBTQI-gemeenschap heeft ook economische en financiële implicaties
Tekst Carla Bakboord
Samenwerken om te strijden voor de naleving van de rechten van elke burger is de sleutel tot vooruitgang. Net zoals de regenboogkleuren samen een prachtig spectrum vormen, kunnen we alleen schitteren als we het samen doen en dus samenwerken. Laten we bouwen aan een samenleving waarin iedereen gelijke kansen heeft om zijn potentieel te bereiken en bij te dragen aan een welvarende, harmonieuze en inclusieve samenleving; vrij van discriminatie, stigma en geweld.
Hoewel er al enige vooruitgang is in de wetgeving en de bejegening naar de LGBTQI-gemeenschap, ervaren LGBTQI-personen in Suriname en ook wereldwijd nog altijd stigma, discriminatie en zelfs ook geweld door familieleden en in het publieke domein. Ik weet dat het voor velen een zware opgave is om regelmatig en soms zelfs dagelijks hiermee geconfronteerd te worden. Zij moeten wel strategieën ontwikkelen hoe om te gaan met dit geweld en met de ontkenning van hun mensenrechten.
Ook hun familieleden, vrienden en bondgenoten ervaren soms negatieve reacties wanneer zij zich solidair tonen met of zich positief uitspreken over hen. Zoals een vader die ik interviewde aan mij zei: “Sommige vrienden en familieleden sluiten mij uit. Wij worden niet meer voor feestjes uitgenodigd en er worden verschrikkelijke opmerkingen gemaakt over mijn gezin en vooral over mijn zoon, omdat wij hem accepteren zoals hij is. Het is pijnlijk, maar ik kies voor mijn zoon”. Deze vader liet zich niet uit het veld slaan en blijft zijn zoon ondersteunen in zijn sociaal maatschappelijke ontwikkeling. En weet u, zijn zoon doet het prima, heeft een top baan en is gelukkig.
Echter, in de dienstverlening bij de overheid en in de private sector is er ook sprake van stigma en discriminatie en worden mensenrechten van de LGBTQI-gemeenschap veelvuldig geschonden. De staat Suriname heeft zich gecommitteerd de mensenrechten van alle burgers te beschermen en na te leven. Dit is verankerd in internationale verdragen waar de staat partij bij is, de Grondwet en ook het Wetboek van Strafrecht. Mensenrechten leggen dus de basis voor de bescherming van alle individuen tegen elke vorm van geweld, stigma en discriminatie. Dus ook van alle leden van de LGBTQI-gemeenschap.
Mensenrechten benadrukken het belang van het waarborgen van de rechten en waardigheid van alle personen, ongeacht hun geslacht en gender, en moeten dus worden ingezet om regeringen aan te sporen passende maatregelen te nemen om stigma, discriminatie en geweld tegen de LGBTQI-gemeenschap te voorkomen en aan te pakken. Maar niet alleen overheden, ook burgers hebben hierin een verantwoordelijkheid.
Wat betekent dit concreet?
Dat we vanuit een mensenrechtenvisie de samenleving moeten ordenen, vanuit een visie die inclusiviteit bevordert. Een mensenrechtenvisie die niemand uitsluit en eenieder ruimte biedt om zich op persoonlijk, economisch en sociaalmaatschappelijk gebied te ontwikkelen. En deze visie moet massaal omarmd worden. Waarom moet dat?

We maken op verschillende niveaus onderscheid tussen mensen. Daar is in principe niets mis mee. Maar we hanteren in dit onderscheid een dominante norm voor een categorie en een ondergeschikte norm voor de ander. Het maakt immers verschil of je bijvoorbeeld man, vrouw, homo- of heteroseksueel, arm of rijk bent, waar je woont, of je transgender of cis-gender bent of je getrouwd bent of niet. Dus eenieder kan hier slachtoffer worden wanneer dit onderscheid macht gerelateerd is.
Gaat het om gender en seksualiteit, dan is cis-gender en heteroseksualiteit de dominante norm. Met cis-gender verwijs ik naar een persoon wiens genderidentiteit overeenkomt met het mannelijke of vrouwelijke label dat hij/zij de geboorte heeft gekregen. De cis-genders en heteroseksuelen hebben een tot-meerderheid-gemaakte positie in de samenleving. Dat wil zeggen een positie die als dominant en dus als de norm wordt beschouwd.
Zij hebben een machtspositie. En niet alleen wanneer zij leidinggevende functies of politiek besluitvormende posities bekleden. Iedereen die tot die meerderheid behoort, kan misbruik maken van die meerderheidspositie die hun macht verschaft hetgeen kan leiden tot een arrogante opstelling. Want vanuit hun dominante meerderheidspositie kan hen ‘niets’ overkomen. Vaak wordt uitsluiting op basis van dominante normen niet herkend of erkend door mensen met een tot-meerderheid-gemaakte machtspositie omdat zij die specifieke vormen van uitsluiting, zoals stigma, discriminatie en geweld niet ervaren. Dus omdat de meerderheid stigma, uitsluiting en discriminatie op basis van hun heteroseksualiteit of cis-gender niet ervaren en niet erkennen draagt die meerderheid bij aan het reproduceren van stigma, discriminatie en uitsluiting.
Waar kan dit toe leiden?
Stigma, discriminatie en uitsluiting van de LGBTQI-gemeenschap heeft niet alleen sociale en morele consequenties, maar ook economische en financiële gevolgen voor de productiesector als landen als geheel. Wanneer productiebedrijven of landen discriminerend beleid voeren tegen de LGBTQI-gemeenschap, kan dit leiden tot het verlies van getalenteerde werknemers. Werknemers die op het werk gediscrimineerd en/of gestigmatiseerd worden, zullen minder productief zijn. Discriminatie kan leiden tot economische ongelijkheid voor de LGBTQI-gemeenschap. Als mensen worden geweerd van bepaalde banen of promotiekansen vanwege hun seksuele oriëntatie of genderidentiteit.
Landen die worden geassocieerd met discriminatie en uitsluiting van de LGBTQI-gemeenschap kunnen investeerders afschrikken. Terwijl landen die als LGBTQI-vriendelijk worden beschouwd, kunnen profiteren van toerisme en zakelijke kansen.
Individuen die worden blootgesteld aan discriminatie en stigma lopen een groter risico op mentale gezondheidsproblemen en hogere gezondheidszorgkosten. Zolang wij er niet in slagen de LGBTQI-gemeenschap te benaderen vanuit een mensenrechten visie en sociale rechtvaardigheid zullen productiebedrijven en landen geconfronteerd blijven met de sociale, financiële en economische implicaties. Inclusiviteit, dat iedereen telt, dat we niemand achterlaten, is geen optie, het is een plicht. Het gaat erom lief te hebben en te waarderen wie we zijn, maar ook wie de ander is, want het is in die verscheidenheid dat we kracht en vooruitgang vinden.