Politieke rechten van vrouwen; geen woorden maar daden 

Jrg 22 no 1 april 2025

Tekst Henna Guicherit

Met de verkiezingen in aantocht voelden vele politieke partijen zich rond de Internationale Dag van de Vrouw geroepen lovende woorden te uiten aan het adres van vrouwen. En hun onmisbare rol in – en bijdrage aan de ontwikkeling te memoreren. 

Het is mij niet ontgaan dat de Verenigde Hervormings Partij (VHP), zich liet ontvallen dat ‘gendergelijkheid de grootste uitdaging blijft op het gebied van de mensenrechten. En dat investeren in vrouwen een mensenrechtenverplichting is en een hoeksteen voor het opbouwen van inclusieve samenlevingen.’ De Broederschap en Eenheid in de Politiek (BEP) bleef niet achter: ‘Het wordt tijd dat we samenbouwen aan een Suriname waarin vrouwen zich veilig voelen, waar hun stem telt en waar ze gelijkwaardig zijn in alle aspecten van het leven.’ Zijn deze mooie woorden aan het adres van onze vrouwen een indicatie dat de decennialange strijd voor de beleving van de politieke rechten van vrouwen en de maatschappelijke roep om gendergelijkheid, vruchten afwerpt? Of zijn ze slechts bedoeld om ons op weg naar de verkiezingen van 25 mei te misleiden? Bingo! Daags daarna installeert de president, tevens voorzitter van de VHP, in Nickerie een zoveelste – ik ben de tel kwijt – presidentiële werkgroep. Deze bestaat uit nul vrouwen en elf mannen. Ik weet zeker dat de Nickeriaanse vrouwen niet massaal zijn gemigreerd. Rest mij te vermoeden dat de president aan twee ernstige aandoeningen lijdt: seksisme en vrouwenblindheid. Voor een diagnostisch en therapeutisch consult kan hij zich wenden tot één van onze genderspecialisten.

Meten is weten

Politici, u kunt het anno 2025 niet maken uw vleiende woorden aan het adres van vrouwen niet om te zetten in daden. Hoe oprecht uw woorden zijn, kan nu simpelweg getoetst worden: aan de plaats die vrouwen ten opzichte van mannen is toebedeeld in het (hoofd) bestuur van uw partij; en de plaats die vrouwen is toegekend op de DNA-kandidatenlijst van uw partij voor deelname aan de verkiezingen van 25 mei. Met onweerlegbare cijfermatige data worden uw uitspraken geverifieerd op hun oprechtheid of ontkracht als holle frasen.

De veertien politieke partijen die het proces voor deelname aan de verkiezingen op 25 mei 2025 succesvol hebben doorlopen, hebben inzage moeten geven in de samenstelling van hun (hoofd)bestuur en hun DNA-kandidatenlijst gepresenteerd. Een rekensommetje levert het volgende beeld op: 58,6 procent van de partijbestuurders zijn mannen en 41,4 procent vrouwen. Er zijn ook uitschieters. De besturen van de Partij Voor de Communicatie (PVC) en de Volkspartij Leefbaar Suriname (VLS) bestaan volledig uit vrouwen terwijl het bestuur van de Arena Politieke Partij (APP) volledig uit mannen bestaat. De mannelijke dominantie in het politiek leven kan niet weersproken worden, gegeven ook het percentage mannelijke bestuursleden in veel partijen; VHP 72 procent, Pertjajah Luhur 71,4 procent, de Nationale Democratische Partij 65,2 procent, de Algemene Bevrijdings- en Ontwikkelings Partij 64,7 procent en de Nationale Partij Suriname 64,3 procent.

Beeld Bronwyn Schmidt

Seksratio kandidatenlijsten 

En dan die politieke partijen die elkaar de loef afsteken met het aantal vrouwen en jongeren op hun kandidatenlijsten. Dit deel van het electoraat is logischerwijs in het vizier omdat zij op 25 mei in grote mate bepalen wie op het pluche mag zitten. Daar komt nog bij dat dat pluche op de valreep nog veel aantrekkelijker is gemaakt. Het lonkt nu ook met uitzicht op de drijvende productie-, opslag- en loseenheid van het GranMorgu project in Blok 58 waar men de gas en oliedollars al omhoog ziet borrelen. 

Er zijn vier vrouwelijke lijsttrekkers (DA’91, NDP, PVC, VLS) en tien mannelijke. Wie zijn stem wil uitbrengen op de PVC kan dat alleen op een vrouwelijke kandidaat. De gendergelijkwaardigheid komt op de kandidatenlijst van DA’91tot uiting door een evenwicht in het aantal vrouwelijke (51 procent) en mannelijke kandidaten. Bij de VLS zijn in de top tien al ook in de top twintig een gelijk aantal vrouwen als mannen gekandideerd. De BEP, APP, NPS en PL geven een goed voorbeeld met respectievelijk 47, 47, 45 en 43,15 procent vrouwen op hun kandidatenlijsten. 

Bange vrouwenhaters

Ik acht het niet onwaarschijnlijk dat de verkiezingen van 25 mei het presidentschap in handen leggen van een vrouw. Dit vooruitzicht brengt vrouwenhaters al in heftige beroering. Zij houden niet van dya dya vrouwen die buiten de traditionele vrouwelijke rollen treden en zijn vooral beducht hun masculiene privileges te verliezen.

NPS’er Raoul Hellings doet op Facebook van zich spreken: “ Dat ding van een vrouw als president is gewoon een feministische en politieke hype, een doorzichtige vorm van misleiding om uw stem te krijgen.” Suriname-analist R. Pinas: “Het presidentschap is geen speeltuin voor experimenten. Het idee dat een vrouw nu ‘een kans moet krijgen’ om president van Suriname te worden is niet alleen naïef maar ronduit absurd. Dit is geen kinderspel. Het presidentschap is geen experiment waarbij we willekeurig iemand naar voren schuiven omdat dat politiek correct klinkt. Het leiden van een land is geen beurtensysteem. We kunnen het ons niet veroorloven te gokken met de toekomst van Suriname door iemand te kiezen op basis van geslacht in plaats van competentie. Niet één vrouw die de afgelopen decennia minister is geweest in Suriname heeft écht uitgeblonken.” 

Het is deze mannen vanwege hun diepgewortelde machismo en seksisme ontgaan dat tot nu toe alle minister-presidenten en presidenten gekozen zijn op basis van hun man-zijn en de meerderheid niet op basis van hun competentie. Anders was Suriname nu een welvarend land. Ironisch genoeg ontbreekt het juist deze critici aan de competentie om politiek leiderschap vanuit een gender perspectief te benaderen. Dat is boven hun denkniveau. Ze zien niet eens in dat vrouwen competenties hebben op het politiek bestuurlijke. En nee, degenen die opkomen voor vrouwen met politieke ambities zijn heus niet zo naïef om te denken dat élke vrouw automatisch geschikt is als president omdat zij een vrouw is. 

Aan alle vrouwenhaters: politiek leiderschap is niet het alleenrecht van mannen. Maakt u de borst maar nat.

Geef een reactie