Hoe duur is de ontwikkeling? 

Tekst Renatha Simson 

Jrg 20 no 3 juni 2023

Hoewel Suriname in 2007 voor de United Nations Declaration on the Rights of Indigenous Peoples stemde, zijn er vandaag de dag nog altijd leden De Nationale Assemblee (DNA) en ondernemers van de Kamer van Koophandel en Fabrieken die weigeren de rechten van onze inheemse en tribale volken te erkennen. In de preambule van deze VN-verklaring wordt de dringende noodzaak erkend om de universele mensenrechten van inheemse volkeren te respecteren en te bevorderen, dat inheemse volkeren vrij zijn en gelijk aan alle andere volkeren en dat zij het recht hebben vrij te zijn van discriminatie, in het bijzonder van discriminatie op grond van hun inheemse afkomst of identiteit (artikel 2). Wanneer het gaat om het beschermen en bevorderen van de rechten van inheemse volkeren, spelen parlementen en parlementariërs wereldwijd een centrale rol bij het maken van wetten, het goedkeuren van begrotingen, en het toezicht houden op de regering. 

Leden van De Nationale Assemblee, u bent medeverantwoordelijk voor de naleving van de rechten van onze inheemse en tribale volken. Zorg er voor dat zij niet langer een onrechtvaardige hoge prijs blijven betalen voor de ‘ontwikkeling’ van het land en dat er acuut een einde komt aan de onverantwoorde, vervuilende en verstorende legale en illegale houtkap – en mijnbouwactiviteiten in hun woon – en leefgebieden.

Women’s Rights Centre roept alle mensenrechten activisten op om solidair te zijn met onze inheemse en tribale volken in hun strijd voor de wettelijke erkenning van hun collectieve grondenrechten. Mensenrechten zijn universeel, derhalve niet ter discussie en de wettelijke erkenning mag dus nimmer afhankelijk gesteld worden van de uitslag van een referendum waarbij een meerderheid zich uitspreekt over de rechten van een minderheid. 

Hoe duur is de ontwikkeling? 

Tekst Renatha Simson 

Beeld Suriname Mirror

Neen, dit is niet het vervolg op ‘Hoe duur was de suiker’ van Cynthia MacLeod. Dit gaat om, hoe Suriname met inheemse en tribale volken omgaat door hen steeds weer op te zadelen met de rekening van ‘ontwikkeling’. De aanvang van de behandeling van de conceptraamwet Collectieve Rechten Inheemse en Tribale volken door De Nationale Assemblee heeft veel tongen losgemaakt. Solidaire, bedreigende en waarschuwende tongen, maar ook tongen van diegenen die het wachten op wettelijke erkenning van inheemse en tribale mensenrechten moe zijn.

Diverse crises 

Suriname bevindt zich in een economische crisis. Volgens het Meerjaren Ontwikkelingsplan (MOP) 2022-2026 is dat plan geschreven, “in een tijd waarin Suriname de zoveelste crisis meemaakt; een financieel-economische crisis, de Covid-19 pandemie, bestuurlijke tekortkomingen, milieu- en klimaatproblematiek, en een diepgeworteld onvermogen om de economie te diversifiëren (en dus weerbaarder te maken), waarin het klein- en middenbedrijf zouden moeten floreren en de ruggengraat van die economie vormen en er voldoende werkgelegenheid voorhanden zou moeten zijn.”

We hebben de afgelopen periode gehoord over, hoe wettelijke erkenning van de collectieve rechten van inheemse en tribale volken de economische ontwikkeling van Suriname zal stagneren, negatief beïnvloeden en afhankelijk maken van de grillen en voorwaarden van deze volken. Maar is dat juist? Ondanks dat de wettelijke erkenning van de collectieve rechten nog niet heeft plaatsgevonden, bevind Suriname zich volgens het citaat uit het MOP in diverse crises, waarbij het land een diepgeworteld onvermogen heeft getoond in het weerbaar maken van de economie of om de milieu- en klimaatproblematiek aan te pakken. Het feit dat de Staat steeds weer houtkap- en mijnbouwconcessies heeft verstrekt zonder inspraak of goedkeuring van inheemse en tribale volken, heeft niet ertoe geleid dat de financieel-economische ontwikkeling van Suriname na al die honderden jaren opgang is gekomen. 

Tol

Suralco, die na honderd jaren zijn productieactiviteiten in Suriname beëindigde, liet gebieden achter waarvan de verontreiniging van het milieu nog onduidelijk is, ontheemde Saamaka en Aukaanse gemeenschappen die vanwege aanleg van de Afobakadam te Brokopondo have, goed, voorouderlijke gebieden en begraven voorouders onder het water moesten zien verdwijnen. Maar ook Inheemse en Aukaanse gemeenschappen die de negatieve gevolgen van mijnbouwactiviteiten van Suralco in hun leefgebieden in het oosten moesten ondervinden. Een prijs die inheemse en tribale volken, maar ook anderen hebben betaald en nog betalen, voor de door de bauxietindustrie (BHP Billiton en Suralco) gebrachte ‘ontwikkeling’. 

Wanneer nu inheemse en tribale volken in Suriname oproepen tot wettelijke erkenning van hun collectieve mensenrechten, komt het, omdat het niet erkennen van de rechten deze volken steeds weer een onrechtvaardig hoge prijs voor de ontwikkeling van ons land laat betalen. De ongebreidelde plundering van hun woon- en leefgebieden en de daarmee gepaard gaande vervuiling en vernietiging van de natuur waar zij om te overleven van afhankelijk zijn eist een tol die zich uiteindelijk zal tonen. De gebieden van inheemse en tribale volken voorzien hen namelijk van drinkwater, voeding, medicijnen en al wat zij nodig hebben om te overleven. Allemaal zaken die nu onder druk komen te staan vanwege de toename van mijnbouw- en houtkapactiviteiten in hun gebieden.

Geen nadelen 

Wettelijke erkenning van de collectieve rechten zoals die internationaal erkend zijn en in de vonnissen van het Inter-Amerikaans Hof (Saamaka 2007 en Kaliñia/Lokono 2015) zijn opgetekend, zal niet alleen zorgen voor rechtszekerheid voor inheemse en tribale volken. Ze zal ordening brengen in de economische activiteiten die in gebieden van deze volken worden uitgevoerd en zal daardoor ook de verdiencapaciteit van de Staat vergroten. Zich verzetten tegen wettelijke erkenning van de collectieve rechten, is zich inzetten voor het in standhouden van een onoverzichtelijke en bandeloze plundering en leegroof van de gebieden van inheemse en tribale volken. Waarbij is gebleken dat men er zelfs niet voor schroomt om, bij de goudwinning, op onverantwoorde wijze om te gaan met giftige stoffen zoals kwik en cyanide. 

Wij zouden als land bij onszelf te raden moeten gaan wat de weerstand tegen erkenning van de collectieve mensenrechten van inheemse en tribale volken is. Juist omdat wettelijke erkenning van deze collectieve rechten totaal geen invloed zal hebben op de beleving van de mensenrechten van andere delen van de samenleving. Waarom zouden wij ons verzetten tegen het verschaffen van de nodige tools aan deze volken om te voorkomen dat zij steeds weer de prijs voor de ‘ontwikkeling’ blijven betalen? Suriname, zal uw ontwikkeling duur blijven voor hen?

Beeld: Suriname Mirror

Geef een reactie