Jrg 18 no 1 april 2021
door Nellie Bakboord
‘Een selfmade man’, dat zegt Glenn. De oudste van de vijf kinderen. Zo omschrijft hij zijn vader. Als ik mijn oud-collega’s pols krijg ik een nog completer beeld van André Stekkel. Desney Romeo roept enthousiast: ‘Stekkel is mijn bigi mati’, en Sari Kasanpawiro kent meneer Stekkel van de groenteplantjes op de Saoena markt maar ook als cameraman bij de Stichting Televisie Voorziening Suriname (STVS).
De sympathieke uitstraling van André Stekkel staat op mijn netvlies. ‘Meneer Stekkel. Goedemorgen. Hoe gaat het met u? Ik ben op zoek naar een manjaboom met twee smaken. Aromanis en Cayenne. O ja, het moet wel een dwerg zijn’. Ik gun mezelf nauwelijks adem te halen. Een week later haalde ik op de Saoena markt bij het altijd gezellig kraampje van Stekkel mijn langgekoesterd manjaboompje. Eigenhandig geoculeerd. Binnen drie jaar hingen beide manjasoorten. Die voorspelling deed Stekkel. Ik had eigenlijk twee manja’s voor meneer Stekkel moeten brengen. Ach, misschien had hij ‘k’ba dan’, gezegd. Ik troost mezelf. Dat is meneer Stekkel. In 1986 werd ik naar Stekkel verwezen. Hij zou diverse groenteplantjes hebben. Prinsessestraat. Een woning op neuten. Met een ondro oso. Je gaat het huis direct herkennen. Als het goed is staat er een wit busje. Toen de verkoop aan huis slecht ging besloot Stekkel op kleine schaal te gaan verkopen aan de Jodenbreestraat. Het was van korte duur. Hij werd er door de politie verwijderd. Hierna vond hij een verkoopplaats achter de Centrale Markt, vervolgens een plek op de vlooienmarkt. Tot vandaag tref je hem op de Saoena Markt.
Het was extra slim zoveel mogelijk zelf te planten. De economie holde razendsnel achteruit. Overal schaarste. Je moest toen creatief aan de slag. Als samenleving moest je op meerdere terreinen alles zelf bedenken. Bij Stekkel kreeg je alle informatie over de beste aanpak voor een eigen groentetuin. Nog steeds kun je hiervoor bij hem terecht op de Saoena Markt. Voor plantjes, maar ook gewoon voor een echt gezellige tori. Als je boft dan ontmoet je ook Henk Kioe A Sen. Zijn STVS – collega. Eigenlijk kent heel Suriname André Stekkel. Maar of heel Suriname meer over deze selfmade man kan vertellen of dat je hem kan googelen? Via Desney bereik ik Glenn. ’Vraag maar raak’, zei Glenn. ‘En mail me’.
Zonder onderscheid
Mijn vader is geboren in Paramaribo op 21 april 1935. Hij is gehuwd met Ursula Carolina Redout (Ursula overlijdt 8 maart 2008). Hij komt uit een gezin van vier kinderen. Drie jongens en één meisje. Iedereen werd betrokken bij de huishoudelijke taken. Zonder onderscheid. Zo heeft mijn vader ons ook opgevoed. Mijn broers en zusters hebben leren koken, bakken, kleren wassen, huis schoonmaken. Uitslapen bestond niet. Er waren regels en afspraken voor het dagelijks werk. We werden ook betrokken bij de werkzaamheden in de fotostudio. Mijn zusters hebben ook leren timmeren, metselen en het huis periodiek schilderen. Mochten zij een technisch beroep ambiëren dan zou mijn vader hen absoluut stimuleren. Mijn vader vond dat zijn kinderen op elk gebied zichzelf moeten kunnen behelpen.
Arbeidsverleden
Sinds de oprichting in 1965 werkte mijn vader bij de STVS. Tot aan zijn zestigste. Dertig jaar lang als fotolaborant, cameraman en fotograaf. Zijn eerste werkgever was Otto Markus, van drukkerij De Tijd. Destijds gevestigd op de hoek bij de Knuffelsgracht. Waar nu de Surinaamse Postspaarbank staat. Hier werkt hij als assistent bij het vervaardigen van foto clichés voor de krant. Hij leerde er de druktechniek. Toen drukkerij De Tijd werd overgenomen door Jong Tjien Fa veranderde die de naam in De Ware Tijd. Omdat fotografie zijn brede belangstelling had solliciteert mijn vader naar een baan als fotograaf bij de overheid. Hij wordt echter geplaatst bij LPI (‘s Lands Psychiatrische Inrichting). Toch bleef fotografie meer dan een bezigheid. Hij verdiende hiermee zijn extraatjes. Het aanbod van LPI, een opleiding tot verpleegkundige was niet zijn droom. Hij wilde bedenktijd. Intussen richtte hij thuis een complete ‘SHINDIG’ fotostudio in. Inclusief doka! Mijn vader werd destijds ‘uitgeleend’ aan de STVS. Als fotolaborant. Hij volgt trainingen in Amerika en legt onder andere zangopnames vast van Borger en Arnie Breeveld. Op de gitaar is mijn vader een virtuoos’.

De gitarist.
André Stekkel vult aan dat hij onder leiding van Stan Lokhin ook de Rhythm Makers op de gitaar begeleidt. Ook grote namen, als Theo Bijlhout, Oscar Harris, oom Adriaan, de zanger Krolis. Bescheiden zegt hij dat hij ook standby was voor Brook Benton. Toen hij ook Doris Troy en de Blues Busters noemde, popten mijn jeugdherinneringen op. Mijn oudste zus draaide ‘Just one look’ en ‘The wings of a dove’ helemaal grijs. ‘Zaterdagmorgen begeleidde ik kinderen bij de AVROS die een lied kwamen zingen bij het kinderprogramma “Kom maar naar voren” van Lydia Emanuels. Ik nam vanuit mijn werk bij LPI een boro. De AVROS stond er pal naast. Stekkel glundert zichtbaar terwijl hij deze tori vertelt, want volgens hem had niemand in de gaten dat hij weg boorde. ‘Bij de STVS kreeg ik van de directeur Frits Pengel de opdracht om wekelijks voorlichtingsprogramma’s over Flora of Fauna te maken. Ik koos voor Flora. Dit voorlichtingsprogramma heette ‘WIJ EN ONZE PLANTEN’ met als presentator Iwan Wijngaarde. Dit populaire televisieprogramma verscheen 20 jaar lang op de buis. Intussen bleef ik met de verkoop van groenteplantjes doorgaan. Ik schaamde me niet om plastic cups, nodig voor de plantjes van de straat op te rapen. Overal raapte ik ze op. De jaren tachtig waren moeilijke jaren. Schaarste overheerste. Weet je welk merk mijn gitaar was? Ik kan even wat muziek voor je spelen. Bijna elke middag speel ik gitaar op mijn balkon. Moment’. Naar André Stekkel kan je uren heerlijk aandachtig zitten luisteren.