Jrg 19 no 9 december 2022
tekst Carla Bakboord
Wij leven nu in de 16 Dagen van Activisme tegen Gender gerelateerd Geweld; een jaarlijkse internationale campagne die van start is gegaan op 25 november, de Internationale Dag voor de Uitbanning van Geweld tegen Vrouwen, en loopt tot 10 december, Dag van de Mensenrechten. Deze zestien dagen worden over de hele wereld gebruikt om op te roepen tot het voorkomen en uitbannen van geweld tegen vrouwen en meisjes. Echter, dit vereist een verantwoorde aanpak.
Op 17 en 18 november was de voorzitter van Women’s Rights Centre, Carla Bakboord, op uitnodiging van de directeur Émilie Grand Bois van Action Protection Accompagnement Mesures Educatives et Pénales en Guyane(APAMEG), één van de inleiders van een internationaal seminar bij onze oosterburen in Cayenne. De focus was op kennisoverdracht van interventiepraktijken voor daders van huiselijk geweld. In deze tweehonderd en vijfentwintigste editie van Genderoptiek maakt u kennis met haar bijdrage aan dit seminar.
Beeld Angela Doebrie en Carla Bakboord

Op gender gebaseerd geweld is een wereldwijd probleem. Het is één van de meest voorkomende vormen van geweld tegen vrouwen door een mannelijke partner / vriend en niet een onbekende dader. Het is gebleken dat het bijzonder moeilijk uit te roeien is daar waar een ongezonde mix van traditie, ongelijkheid en zelfs onwetendheid en mythen samenzweert tegen vrouwen en de naleving van mensenrechten.
Na ruim dertig jaar dat ik samen met velen, zowel op nationaal, regionaal als internationaal niveau aan het lobbyen en pleiten ben voor naleving van de mensenrechten van vrouwen, kinderen en etnische minderheden vraag ik mij af of wij dit vraagstuk van op gender gebaseerd geweld wel op de juiste wijze aanpakken? De samenleving is complexer geworden en het is tijd om dieper te graven en op zoek te gaan naar theorieën en concepten die ons beter inzicht geven in hoe ongelijkheid en ongelijkwaardigheid tussen mannen en vrouwen ook in de 21 st eeuw in stand worden gehouden en waarom geweld tegen vrouwen en meisjes voortduurt. Ongelijkheid en ongelijkwaardigheid die mannen en vrouwen vastzetten in een dominante dan wel ondergeschikte positie en de basis leggen voor op gender gebaseerd geweld.
Wereldwijd maken burgers gebruik van de vernieuwingen in de communicatie en transporttechnologie en bewegen zich op deze aardbol als te zijn een global village op zoek naar een beter bestaan. Maar, daar staat tegenover dat sommige naties hun immigratiewetten verscherpen, etnische groepen hun bestaansrecht en eigen identiteit willen ontzeggen en discriminatie ook tegen vrouwen en meisjes hoogtij viert. Binnen de complexe global village zijn de hebzucht naar kapitaal en macht, en de in -en uitsluitingsprocessen verweven met de ongelijkwaardige en ongelijke machtsverhoudingen tussen mannen en vrouwen. Deze gender ongelijke machtsverhoudingen zijn dikwijls onzichtbaar en naar de achtergrond verdrongen en ook niet terug te vinden op de politieke agenda’s. Maar wanneer wij ons hiervan bewust zijn en vrouwen aan het woord laten dan merken wij direct dat die genderongelijkheid en ongelijkwaardigheid zich, onder meer, uit in allerlei vormen van geweld vooral tegen meisjes en vrouwen gepleegd door mannen.
Transformatie in denken en handelen
Willen wij meer inzicht krijgen in hoe, in dit tijdperk van mondialisering, geweld te voorkomen dan kunnen wij niet meer volstaan met onwetenschappelijke oppervlakkigheden. Wij moeten een transformatie maken in ons denken en handelen dat ertoe leidt dat vrouwen en mannen gevoelig worden gemaakt voor slachtofferschap – en daderschap. Zo kunnen nieuwe theorieën ons helpen ons denken en handelen te transformeren door kritische analyses te maken en onze strategieën en acties te ontwikkelen op een wetenschappelijk verantwoorde en doelgerichte wijze. Daarom vraag ik u, om bij uzelf na te gaan of ook u dit vraagstuk van op gender gebaseerd geweld wel op de juiste wijze aanpakt?
Op gender gebaseerd geweld is een ruim begrip. Ik beperk mij tot intiem partner geweld in een heteroseksuele relatie. Dat is het geweld dat iemand zijn partner aandoet waarmee hij/zij een relatie heeft. Ik verwijs dan naar het geweld dat gekenmerkt wordt als terreur geweld, waarbij de dader een dominante positie heeft en het slachtoffer een ondergeschikte. Deze vorm van geweld komt ook in Suriname het meeste voor. Ik heb het dus niet over common couple violence, waarbij het om incidentele ruzie gaat tussen partners. Ik richt mij in deze inleiding op partnergeweld dat gepaard gaat met intimidatie, bedreiging en angst.

Essentialisme
Ik vraag uw aandacht voor twee tegenstrijdige theorieën waarmee ik deze vorm van partnergeweld zal analyseren. De concept gender komt hierbij aan de orde. In mijn discipline, culturele antropologie, wordt de discussie over nature and nurture, aangeboren dan wel aangeleerd, al decennialang gevoerd. Ik verwijs hiervoor naar de theorie van het essentialisme en die van het sociaal constructivisme. Het essentialisme kenmerkt zich door het feit dat er een duidelijk onveranderlijk en ongewijzigd deel van de identiteit bestaat, die alle vrouwen, mannen of etnische groepen met elkaar gemeen hebben. Dus bijvoorbeeld; hun geloof, hun moraal, hun wetgeving, hun gebruiken, mogelijkheden en gewoonten als een lid van een groep worden volgens deze theorie beschouwd als een overwegend biologisch (aangeboren) fenomeen. Een voorbeeld: vrouwen zijn geboren om mannen te behagen, mannen zijn van nature agressief.
In onze samenleving gaat men er doorgaans vanuit dat bepaald menselijk gedrag is geërfd en onlosmakelijk is verbonden aan een fundamenteel onveranderlijk deel van zijn of haar identiteit. Echter, deze benadering (essentialisme) creëert eerder meer problemen dan het oplost, omdat het mensen vastzet in hun posities, dus verandering onmogelijk maakt, stereotypen reproduceert en discriminatie versterkt. Maar het rechtvaardigt ook gewelddadig gedrag van bijvoorbeeld mannen omdat zij dit gedrag vanuit dit denken als een natuurverschijnsel beschouwen. Door eeuwenlang van generatie op generatie over te dragen dat mannen dominant zijn en vrouwen ondergeschikt, gaat het erop lijken alsof deze sociale patronen aangeboren zijn. Let wel dominantie gaat gepaard met macht, en machtsposities worden hoger gewaardeerd. Ondergeschiktheid niet. Ook al zien wij dat de verschillende rollen en verantwoordelijkheden van mannen en vrouwen snel en zichtbaar veranderen (mondialisering), bepaalde sociale patronen van mannen en vrouwen veranderen niet in gelijke mate. Mannen en vrouwen hebben hierdoor verwachtingen naar zichzelf en naar elkaar toe die niet in lijn zijn met de werkelijkheid. Laat mij u een voorbeeld geven. Tijdens een gendertraining vertelde een man dat hij niet van plan was het ondergoed van zijn vrouw op te hangen. Dit omdat het zijn mannelijkheid zou aantasten. “Stel dat de buren zouden zien dat ik die kleren aan de lijn hang? Ik wil het wel doen en hang het wel op maar dan binnen, of wanneer de buren het niet zien”. Door niet openlijk te laten zien dat deze zogenaamde vrouwelijke taak ook door mannen wordt uitgevoerd, houden zij in stand dat het slechts een taak is voor vrouwen.
Er zijn ook mannen die vinden dat zij hun vrouw niet mogen en moeten corrigeren door middel van geweld. En toch doen zij dit om te voorkomen dat familie en vrienden hun mannelijkheid anders in twijfel trekken. Er zijn vrouwen die door hun partner worden mishandeld en zich daar niet tegen verzetten, geen aangifte doen en geen hulp zoeken, omdat zij net zoals de meerderheid in de samenleving de mening zijn toegedaan dat het legitiem is dat zij op deze wijze worden gecorrigeerd.
Zo zien wij hoe mannen en vrouwen onder druk van de samenleving blijven voldoen aan het stereotype beeld van mannelijkheid en vrouwelijkheid. Zij houden deze denkbeelden en dit handelen die niet op de werkelijkheid berusten in stand. Deze patronen zijn zo diep verankerd in ons normen en waarden systeem dat zij aangeboren lijken te zijn. Maar tegelijkertijd zien we ook dat zowel mannen als vrouwen die traditionele rollen verbreken. We zien vaders achter kinderwagens lopen en openlijk vertellen dat zij luiers verschonen, de papfles geven, hun vrouw adoreren en zich openlijk uiten tegen partnergeweld. Die storen zich er niet aan dat anderen hun mannelijkheid in twijfel trekken, omdat zij aan mannelijkheid een nieuwe betekenis geven die past in onze veranderende samenleving. Deze theorie van essentialisme zoekt dus vanuit het genetische een verklaring voor bijvoorbeeld de verschillende rollen en verantwoordelijkheden van vrouwen en mannen. Het kan ons niet helpen een verklaring te vinden voor het voortdurend veranderen van deze rollen en verantwoordelijkheden.
Constructivisme
In tegenstelling tot deze theorie, leert nurture of sociaal constructivisme ons dat menselijk gedrag is aangeleerd. De mannelijke en vrouwelijke sekse worden geconstrueerd tot sociale wezens die in de samenleving leren hoe zich als man of vrouw te gedragen en welke rollen en verantwoordelijkheden zij hebben en hoe zij zich tot elkaar verhouden. Deze rollen en verantwoordelijkheden zijn dus aangeleerd via socialisatie binnen gezin, onderwijs en vorming, religieuze organisaties en media.
Tradities en gebruiken, overtuigingen en gedragingen van de mens in verleden, heden en toekomst zijn overgedragen door leren en zijn niet aangeboren. Daarom is er ook zoveel verschil tussen en onder mensen, groepen, culturen en naties. Zo ook zien wij dat tradities en normen met betrekking tot seksualiteit, reproductieve en productieve rollen voortdurend aan verandering onderhevig zijn. De strijd van de vrouwenbeweging, overheidsinterventies, tal van internationale verdragen, verklaringen, aanbevelingen en interventies van niet-gouvernementele organisaties, hebben ervoor gezorgd dat voor vrouwen en mannen vooruitgang is geboekt op sociaal, economisch en politiek gebied. Ondanks de vele waarneembare veranderingen van de genderrollen blijven veel vrouwen wereldwijd nog altijd kwetsbaar voor geweld en zelfs femicide. Hoe komt dat? Op gender-gebaseerde verwachtingen in traditionele seksuele rollen en verhoudingen zijn van grote invloed op het risico en de kwetsbaarheid voor geweld. Omdat vrouwen en mannen verschillende genderrollen aannemen, worden ze op verschillende wijze getroffen en is de mate van kwetsbaarheid en risico voor geweld ook verschillend.
Van aangeboren naar aangeleerd
Het verschil is niet neutraal maar beladen met macht. Het uit zich in: ongelijke verhoudingen tussen mannen en vrouwen en geweld dat in meerdere mate door mannen, vrouwen in partnerrelaties wordt aangedaan. Vanwege ongelijke machtsverhoudingen tussen mannen en vrouwen die van generatie op generatie worden doorgegeven hebben, in relatie tot mannen, meer vrouwen minder of geen zeggenschap over de invulling van hun sociaal en seksueel leven in het privé domein en zijn vrouwen daardoor kwetsbaarder voor geweld. Omdat bepaalde normen en waarden zo diepgeworteld zijn in ons denken, systemen en instituties zijn deze moeilijk te veranderen en denken wij dat deze aangeboren zijn.
Mensen handelen veelal vanuit de filosofie van het essentialisme dat sociaal gedrag verklaart vanuit het biologische waardoor verandering niet plaatsvindt. Het essentialisme zal ons niet helpen ons denken en handelen te transformeren, maar eerder de oude traditionele patronen te reproduceren met als gevolg dat het geweld gepleegd door mannen tegen vrouwen en meisjes toeneemt. Bovendien, in het snelle tempo waarin deze mondialiserende wereld zich voortbeweegt spelen de media een belangrijke rol en dragen bij aan het vastzetten in schadelijke traditionele genderrollen. Men moet begrijpen dat zij die de essentialistische visie etaleren bijdragen aan het in standhouden van het geweld dat mannen plegen tegen vrouwen, en hiermee schade toebrengen aan de gehele samenleving en alle sectoren.
Het sociaal constructivisme creëert dus meer mogelijkheden om ongelijkheid en ongelijkwaardigheid op te heffen. Zet mannen en vrouwen niet vast, maar geeft aan dat identificaties vloeiend en veranderlijk zijn. Doorbreekt stereotypering en ontkracht stigmatisering. De constructivistische theorie (gender) kan ons helpen verklaren waarom en hoe tradities en normen continue veranderen. Het stelt dat partnergeweld, op gendergebaseerd geweld, is aangeleerd. Omdat wereldwijd niet alle mannen en alle vrouwen zowel dader als slachtoffer zijn van intiem partner geweld. En omdat er heel veel mannen zijn die hun partner niet mishandelen. Het geweld zit dus niet in de genen, is niet aangeboren, maar aangeleerd. Vanuit de constructivistische gendertheorie zien we dat verandering en transformatie mogelijk zijn. Een constructivistische gender benadering is dus een vereiste voor het stoppen van het geweld dat mannen plegen tegen vrouwen en meisjes. Laten we dus samen vanuit deze benadering vrouwen en mannen op weg helpen naar een leven waar er harmonie en vrede heerst; vrij van gender gerelateerd geweld.