Jrg 12 no 5 augustus 2015
Door Henna Guicherit
Dat ik ooit publiekelijk mijn liefde voor een paus kenbaar zou maken, had ik decennialang niet kunnen bevroeden. Ik ben niet katholiek opgevoed. Heb nooit een katholieke school bezocht. In het district waar ik opgegroeide was er een RK en een EBG school. Mijn moeder koos voor de laatste. Over de leer van het Vaticaan heb ik mij eerder kritisch uitgelaten zeker als het de uitsluiting van vrouwen in het ambt betreft, het anti-anticonceptie standpunt en het, tegen de menselijke natuur indruisende, celibaat. Als dan in 2013 de Argentijn Jorge Mario Bergoglio wordt ingewijd tot Paus Franciscus komen er met regelmaat bemoedigende geluiden van deze sociaal rechtvaardige kerkvorst. Hij kiest openlijk positie voor de armen en kwetsbaren. Verkiest het Vaticaans gastenverblijf boven het pauselijk paleis. Stelt onomwonden dat er in de kerk geen plaats is voor ambtsdragers die minderjarigen en kwetsbare volwassenen seksueel misbruiken. Stelt een nieuw tribunaal in om bisschoppen verdacht van seksueel misbruik van kinderen te berechten. In zijn brief aan de bisschoppen en de leiders van religieuze ordes en congregaties herinnert Franciscus aan de ontmoeting die hij met slachtoffers van misbruik door priesters heeft gehad. Hij was diep getroffen door ‘de diepte van hun lijden en de kracht van hun geloof’. In Bolivia biedt hij zijn excuses aan voor de wandaden van de katholieke kerk tijdens de kolonisatie van Amerika en vraagt nederig om vergiffenis. In Paraguay waarschuwt hij tegen autoritaire regimes die geen respect tonen voor het volk en roept op de ongelijkheid aan te pakken. “Economische ontwikkeling moet een menselijk gezicht hebben. Economische groei en rijkdom moet alle burgers ten goede komen”, aldus Franciscus. In zijn toespraak waarschuwt hij ook voor nieuwe kolonisatie. Noemt grote bedrijven, leeninstanties, vrijehandelsverdragen en het opleggen van bezuinigingen. “Het zijn altijd de arbeiders en de armen die de broekriem moeten aanhalen.” Een paus om van te houden.