Leven in vrijheid

Jrg 11 no 8 november 2014

 

door Carla Bakboord

“ Vraag een homohater, wiens leven afhangt van een bloedtransfusie of orgaantransplantatie, of hij/zij dit zou weigeren als het afkomstig is van een homoseksuele man of vrouw”; stelt Radjesh Madhari. Omdat er volgens hem er mensen zijn die denken dat zij ‘besmet’ kunnen raken door hen wiens liefdesvoorkeur uitgaat naar iemand van hetzelfde geslacht. En vaak is de donor niet eens bekend. Aan de uitdrukking op Radjesh zijn gezicht en de toon van zijn stem, merk ik dat hij zich enorm ergert aan mensen die, wanneer ze in nood zijn, zich niet druk maken of zij hulp krijgen van een homoseksueel. Zo vragen mensen zich namelijk ook niet af of hun arts en verpleger wel heteroseksueel zijn. Zolang zij maar geholpen worden. “En pats boem, zij worden geholpen. Dat vind ik nou hypocriet”: beklemtoont Radjesh.

Radjesh is een Hindostaanse man van 36 jaar en actief bij de Stichting Nederland Suriname Antillen Gendervraagstukken en Stichting Hindustani. Hij is nu in Suriname, omdat hij wil ervaren hoe het als Hindostaanse homoseksuele man hier vertoeven is. En hij wilde de Surinaamse coming-out week zelf meemaken en ondersteunen. Hij vond het een geweldige ervaring. Radjesh wenst de LGBT organisaties hier veel kracht en hoopt dat zij dit evenement zullen blijven organiseren, want het is erg belangrijk voor zowel de samenleving als de LGBT populatie.69 meresanam nl

Op 9-jarige leeftijd vertrok Radjesh naar Nederland. “Ik wist al vanaf mijn achtste dat ik dat ik op jongens viel. Ik wist alleen nog niet hoe dat heette. Ik wist niet eens dat daar een naam voor was. Op een dag vertelde ik gewoon aan mijn ouders dat ik op jongens val. Vanaf dat moment was mijn leven een hel. Ze pakten een bezem en sloegen mij in elkaar.” Radjesh laat mij de vele littekens op zijn lichaam zien, die door zijn moeder en broers zijn aangebracht. De politie was er aan te pas gekomen en hij werd uit huis geplaatst bij een Nederlands pleeggezin. “ Ik wilde toen nooit meer contact met mijn ouders. Nooit hebben zij op een gezonde manier met mij willen praten over mijn leven. Zij wilden het oplossen met zweepslagen. Mijn moeder heeft mij als kind al verstoten en mijn broers wilden mij vermoorden. Ik wilde toen niets meer met hen te maken hebben. Mijn ouders moeten mijn leven niet voor me komen bepalen. Ik heb nu wel twee broers in Suriname, die mij accepteren zoals ik ben. Mijn pleegvader is een geweldige man. Hij is mijn lach op mijn gezicht; mijn inspiratie. Ik heb een heel goede vader in hem gevonden. Ik ben gelukkig. Ik ben niet zielig hoor. Er zijn veel mensen die oprecht van mij houden en die willen niet bepalen hoe ik mijn leven moet leiden.”

In een kooi leven

Radjesh benadrukt dat hij als Surinaamse Hindostaan zich dagelijks bewust is van zijn vrijheid in Nederland en deze koestert. “Als ik als Surinamer kan bijdragen aan de vrijheid van de LGBT gemeenschap zodat zij niet gekooid hoeft te leven, is mijn taak volbracht. Ik weet wat het is om eenzaam door het leven te gaan. Weet je, jongens en meisjes kunnen lekker met elkaar praten over hun seksuele- en gevoelens van verliefdheid. Wij, homoseksuele jongeren, zijn daar heel eenzaam in. Met wie kunnen we erover praten? Als kind word je heel vaak uitgesloten als ze alleen maar het vermoeden hebben dat je gay bent. Ik zie hier nu wel enige verandering in, maar het is zeker nog geen rozengeur en maneschijn. Ik wil daarom bijdragen aan het stoppen van discriminatie van LGBT’s. Ik zet me ook in tegen elke vorm van discriminatie. Op 8 maart, De Internationale Dag van de Vrouw heb ik als enige man in Nederland de vrouwenemancipatie prijs gewonnen voor vrouwen- en LGBT rechten. Mijn vader heeft na mijn onderscheiding een Koninklijke onderscheiding gekregen. Discriminatie moet gewoon stoppen. Daarom zet ik mij in.

Voordat ik naar Suriname kwam, liet ik me vreselijk bang maken voor homohaat. Ik heb dit gelukkig zelf niet ervaren. Ik ben best vrouwelijk aangelegd. Maar ik ben niet een keer aangesproken op mijn homo-zijn. Integendeel; men was juist heel aardig tegen mij. Dat had ik niet verwacht. Ik weet wel dat het niet voor elke Hindostaanse LGBT geldt. Heel veel raken geconfronteerd met geweld, uitstoting of andere vormen van discriminatie. Er zijn zoveel Hindostaanse mannen die ik ken die gedwongen moeten trouwen, terwijl ze eigenlijk homoseksueel zijn. Dat zou niet moeten. Het lijkt me vreselijk om gekooid te leven. En dan nog te bedenken hoeveel homoseksuelen zich wagen aan zelfmoord.”

Vrede beklinken

“Als Surinaamse Hindostaan uit Nederland realiseer ik mij dagelijks wat vrijheid is. En hoe die vrijheid, hoe beperkt soms ook, verworven is. Daar hebben dappere autochtonen, maar ook veel moedige allochtonen voor gestreden. Als ik als Surinaamse Hindostaan kan bijdragen die vrijheid te behouden, zal ik me een gelukkig mens voelen. Want daar leef ik voor. Ieder mens zal sterven. En wie zich dat terdege realiseert, weet dat het van hoogmoed getuigt als jij jezelf meer waant dan anderen. Samen moeten wij proberen de wereld mooier te maken en elkaar voor vol aanzien. Samen vormen wij een grote familie. Onze boodschap en voornaamste taak is de vrede beklinken. Elkaar met verachting bespotten, welbehagen vinden in het ongeluk van anderen, discrimineren op wat voor manier dan ook, is erg dom. We moeten elkaars mening respecteren en altijd blijven investeren in dialoog. Wat is er vrediger dan op gelijkwaardige wijze met elkaar omgaan? Een goed voorbeeld zet aan tot navolging. Mijn boodschap aan de Surinaamse gemeenschap: Pest ons niet, discrimineer ons niet, verstoot ons niet. Het doet vreselijk veel pijn. Als homoseksueel zijn wij niet anders dan een heteroseksueel. Wij zijn mensen; net als u!

 

 

1 comments

Geef een reactie