Een terugblik op de vierde wereldvrouwenconferentie in Beijing

Jrg 10 no 11 februari 2014
door Henna Guicherit

Als ik de recente berichtgeving over de voorgestelde actie voor Beijing 20+ in dit dagblad de revue passeer, dwalen mijn gedachten automatisch naar het jaar 1994. Zij die zich toen actief inzetten voor de verbetering van de positie van de vrouw volgden met spanning de gang naar de Vierde Wereldvrouwenconferentie in Beijing en het Forum NGO’s voor Vrouwen. Na de instelling van 1975 tot Internationaal Jaar van de Vrouw, 1976 – 1985 tot Decennium van de Vrouw en de 1985 Nairobi Forward- looking Strategies for the Advancement of Women, was het vooral zaak om versnelling te brengen in de strategieën voor verbetering van de positie van vrouwen. De belemmeringen voor hun actieve participatie in alle sectoren van het openbare en particuliere leven weg te werken. Dan kunnen vrouwen immers een volledig, gelijk en rechtmatig aandeel hebben in de economische, sociale, culturele en politieke besluitvorming.

Ik prijs mij gelukkig dat ik toen de halve wereld ben overgevlogen om het Forum NGO’s bij te wonen. Ik voel nog de vibratie van die dertigduizendkoppige, enthousiaste, inspirerende, energieke en kleurrijke massa vrouwen, bij de opening, in dat immense stadion. De oneindige stroom van bussen op de snelweg van Huairou naar Beijing is op mijn netvlies gegrift. Vrouwen van diverse achtergrond, geografische herkomst, leeftijd, beroep, klasse en cultuur kwamen daar in de Volksrepubliek China telkens weer tot de conclusie iets wezenlijks met elkaar gemeen te hebben; als vrouw gediscrimineerd te worden en vastberaden om daar verandering in te brengen. Ik denk met genoegen terug aan de tientallen workshops die ik in Huairou heb bijgewoond.88 Washington Post

Nationaal rapport
Na enkele maanden van dataverzameling, analyse en redactie was in mei 1994 voor Twie Tjoa, Lita Tromp en ik het verschijnen van het concept nationaal rapport “De positie van de vrouw in een periode van economische crisis en herdemocratisering” een hoogtepunt.
Wij waren er immers in geslaagd met behulp van bestaande en door ons gegenereerde data de positie van de vrouw in de Surinaamse maatschappelijke realiteit uitgebreid te beschrijven. En een actieplan / strategieën voor de toekomst te ontwikkelen. Een goede analyse van de vrouw stuitte op beperkingen. De belangrijkste barrières zijn 20 jaar later nog altijd van kracht; gebrek aan genderspecifieke cijfermatige data, twijfels over de betrouwbaarheid van data, gebrekkige continuïteit van datavoorziening en onvolledigheid van data. Voor goede kwalitatieve analyses was ook meer onderzoek vereist, waar in het kader van de aan Culconsult verleende opdracht, geen ruimte voor was. Toch was, en dan citeer ik een deskundige uit die tijd, nog niet eerder zoveel relevante data over de positie van vrouwen in ons land bij elkaar gebracht. Men moet deze direct sturen naar deVerenigde Naties zodat ze verwerkt kunnen worden. Dit, omdat de aangestelde overheidscommissie ter beoordeling van dit rapport haar goedkeuring er niet aan wenste te verlenen. Zij viel al over de titel en eiste weglating van de begrippen “economische crisis” en “herdemocratisering”. Zij wilde de situatie van vrouwen en het land doen voorkomen als mooier dan het was en kennelijk niet “de vuile was buiten hangen”. Jaren later in 2005 was het voor Maggie Schmeitz en ik tijdens de behandeling van het derde periodieke rapport van Suriname bij de Commissie ter Uitbanning van Elke Vorm van Discriminatie van Vrouwen(CEDAW Commissie) in New York weer bingo. Als vertegenwoordigers van Women’s Rights Centre en Ultimate Purpose hadden wij de gelegenheid een korte statement te presenteren over discriminatie van vrouwen in ons land en met de zeer gerespecteerde leden van de CEDAW Commissie van gedachten te wisselen. We werden direct als personae non grata beschouwd door het overgrote deel van de Surinaamse overheidsdelegatie. Van het thuisfront kregen wij de volgende dag al te horen dat een propagandist van de heersende politieke combinatie de mening was toegedaan dat wij in het buitenland toch één en ondeelbaar moeten zijn. Echt niet, riepen Maggie en ik in koor. De Staat Suriname heeft de verplichting periodiek een verslag te overleggen over de wetgevende, rechterlijke, bestuurlijke of andere maatregelen die zij heeft genomen ter uitvoering van de bepalingen van CEDAW en de geboekte vooruitgang. De CEDAW Commissie bestudeert dit verslag en rapporteert aan de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties. Zij bewaakt en evalueert, ook met input van NGOs, de naleving van dit Vrouwenverdrag. Vertegenwoordigers van NGO’s en vrouwenactivisten vinden in deze commissie een deskundige pleitbezorger die zij voorzien van informatie. Hoe dan, één en ondeelbaar en niet aan de zijde van jouw pleitbezorger plaatsnemen? De commissie heeft ervaring genoeg met staten die de “vuile was” niet buiten hangen. Daarom moedigen zij NGO’s aan om schaduwrapporten in te dienen zodat zij tot een vollediger en objectiever beeld kunnen komen. Je vuile was binnen houden betekend immers dat er onvolledig aandacht wordt besteed aan discriminatie. Het is belangrijk dat de schaduwrapporten worden meegenomen in de Slotopmerkingen die na de behandeling van elk periodiek rapport worden opgesteld. Daarin vormt vooral de paragraaf “voornaamste zorggebieden en aanbevelingen” een richtlijn voor het overheidsbeleid en voor de volgende rapportage en evaluatie.

Voor ons feministen, die consequent opkomen voor de belangen van vrouwen, gendergelijkheid en naleving van vrouwenrechten, is het principieel de positie van de vrouw alomvattend wetenschappelijk verantwoord weer te geven. De economische crisis in de 90er jaren moest met het structureel aanpassingsprogramma omgebogen worden naar economische groei en ontwikkeling. Dit ook ter versterking van het proces van herdemocratisering.In haar officiële verklaring op 6 september 1995 memoreerde de toenmalige First Lady en hoofd van de Surinaamse delegatie in Beijing, Mevr. Liesbeth Venetiaan – Vanenburg, dat armoede een hardnekkige en alsmaar toenemende last is die drukt op de bevolking van ontwikkelingslanden, in het bijzonder vrouwen. Deze uitspraak klinkt misschien niet lekker in de oren maar, is nog altijd van kracht.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s