Jrg 15 no 8 november 2018
Door Carla Bakboord
‘Ik leef nog steeds met het verlammende besef dat het seksueel misbruik na mij is doorgegaan. Er zal pas een eind aan komen als de beschermde muur van zwijgen rondom verkrachters steen voor steen afgebroken wordt.’ Usha Marhé 1996
Seksueel misbruik is het meest ingrijpbare geweld dat je als kind kan overkomen. Wereldwijd, en ook in Suriname, worden kinderen al eeuwenlang seksueel misbruikt. De essentie is dat de dader het slachtoffer dwingt seksuele handelingen te plegen. De dader kan, vanwege zijn of haar positie, fysiek en/of psychologisch overwicht hem of haar ook dwingen seksuele handelingen te ondergaan.
In haar boek ‘Tapu Syén’ dat al in 1996 is verschenen, beschrijft Usha haar pijnlijke incestervaringen en die van acht andere dappere vrouwen. Het was toen voor het eerst dat een Surinaamse vrouw dit zwijgen doorbrak. Zij was en is nog steeds moedig. Loopt met opgeheven hoofd trots en vol zelfvertrouwen rond. Zij is een held en laat zien dat helen mogelijk is. Op 11 oktober ontving zij in Duiven geheel verdiend de #Metoo Geheelde Heldenaward. Wij van Women’s Rights Centre maken met respect een diepe buiging voor haar.

Nu, 22 jaar verder en met de #Metoo actie, voelen vrouwen en mannen zich samen gesterkt publiekelijk aandacht te vragen voor het seksueel misbruik hen als kind aangedaan. Ook doen enkelen aangifte, zodat de daders alsnog berecht kunnen worden. Daders gaan er sinds jaar en dag vanuit dat zij ongestraft hun seksuele dwangpraktijken kunnen voortzetten. Niemand zal jonge slachtoffers geloven. Immers, het is hun woord tegenover een volwassen en veelal intimiderende stem. Hebt u wel enig idee hoeveel pijn en verdriet deze kinderen doorstaan? Hoe eenzaam zij zich voelen wanneer iedereen de andere kant op kijkt? Wanneer niemand hen gelooft. Terwijl zij met hun zichtbaar veranderd gedrag voldoende signalen afgeven dat er met hun serieus iets aan de hand is. Iets heel traumatisch waar zij heel moeilijk over kunnen praten. Want die daders, ooms, vaders, stiefvaders, geestelijke leiders etcetera zijn veelal machtig en sommigen hebben zelfs een vooraanstaande positie in een bedrijf, politieke partij of gemeente. En die, zich netjes voordoende mannen (het zijn voornamelijk mannen die kinderen seksueel misbruiken), moeten dus ten allen tijden beschermd worden. En met deze mannen toont de samenleving zich solidair. Immers, er wordt voor gekozen hen niet te schande te zetten en hun ‘reputatie’ te schaden. “Hij is de succesvolle oprichter van onze instelling en een icoon in de samenleving”, was de reactie van een commissaris van een financiële instelling toen mijn collega haar beklag deed over de seksuele intimidatie van de directeur. Wel wordt erkend dat deze daders zich misdadig gedragen. En toch kiezen wij ervoor oogkleppen op te houden in plaats van de moed op te brengen hen openlijk aan te klagen. Tot mijn ergernis blijven wij ze op handen dragen.
Blame the victim
‘Oh, maar ik ken hem helemaal niet zo. Hij is altijd correct. Jij zal het dan toen toch maar zelf uitgelokt hebben’, zeggen zo velen. En blijven met dit gedrag het seksueel geweld in stand houden. Net zoals parlementariër Keshopersad Gangaram Panday die de mening is toegedaan dat vrouwen veelal de oorzaak zijn van het geweld dat hen wordt aangedaan. Hetzelfde wordt vele kinderen ook verweten. Deze onschuldige en kwetsbare meisjes en jongens zouden het seksueel misbruik zelf uitgelokt hebben en ook de oorzaak ervan zijn. Echter de dieperliggende oorzaak van geweld tegen kinderen en vrouwen heeft te maken met de ongelijke machtsverhoudingen. En daar gaat men totaal aan voorbij. Die verhoudingen gaan gepaard met de heersende opvatting als zouden macho mannen het recht hebben kinderen te misbruiken. Hun vrouwen ‘rechtmatig’ te mishandelen wanneer zij zich niet conform de door hun opgelegde vrouwelijke ondergeschikte rol ten opzichte van hun superieure echtgenoot, gedragen. Mannen die kinderen verkrachten en vrouwen mishandelen doen dat alleen omdat zij macht over hen hebben. Zij zouden dit niet durven bij hun meerdere. Tigri sabi pe a e krasi en tere.
Het is de hoogste tijd dat verkrachters nu zelf de verantwoordelijkheid nemen voor hun daden. Laten zij nu mans genoeg zijn en met een eigen #metoo-actie beginnen waarbij zij diep door het stof gaan en zich publiekelijk verontschuldigen. Dit is wat de samenleving van hen moet afdwingen. Frappant genoeg; nog geen vijf minuten geleden ontving ik een app van een ex-collega. Zij vertelde dat zij bedreigd is door haar onderdirecteur. Hij wilde haar slaan ten overstaan van anderen. Niemand durfde wat te zeggen of te handelen. En wanneer zij haar beklag doet bij de directeur, beschuldigt zij mijn ex-collega dat zij het zelf heeft uitgelokt.
Het doet mij wel goed dat steeds meer slachtoffers hun gedwongen zwijgen doorbreken. Dat zij zich niet meer willen verschuilen achter angst, schaamte en het etiket van veroorzaker te zijn van het seksueel geweld. Hoe halen wij het in ons hoofd om jongens en meisjes te beladen met dit zware juk? Terecht vraagt Marhe zich af waarom de maatschappij zich niet schaamt dat zij dit soort praktijken toestaat. Waarom moet het meisje zich schamen omdat zij een vagina heeft waar ooms niet vanaf kunnen blijven? Waarom wordt het slachtoffer gestraft?
Hoe kunnen wij met al onze religieuze grondbeginselen en mensenrechtenverdragen rechtvaardigen kinderen niet in bescherming te nemen en verkrachters vrijuit te laten? Ik begrijp dat niet. Geen enkel kind vraagt erom seksueel misbruikt te worden. Bent u er zich van bewust dat er zelfs baby’s van drie maanden seksueel misbruikt worden? Ik bespaar u de argumenten die sommige advocaten opwerpen om hun cliënten, daders van dit seksueel misbruik, te verdedigen. Het lijkt wel een complot van volwassenen tegen kinderen.
Doorbreek het zwijgen
Na meer dan dertig jaar strijden tegen elke vorm van kindermishandeling en dus ook seksueel misbruik, ben ik er helemaal klaar mee dat verantwoordelijken niet de afgesproken protocollen en wetgeving naleven. Dat volwassenen misbruik blijven maken van hun machtsposities. Dat volwassenen solidair zijn met daders door het seksueel misbruik te bagatelliseren. De Surinaamse wetgeving moet strikt worden nageleefd en tegen verkrachters moet onverbiddelijk worden opgetreden. Misdaden kunnen nimmer met de mantel der liefde worden bedekt. Zo ben ik er helemaal klaar mee dat daders telkens worden beschermd door bijvoorbeeld hun namen niet vrij te geven. Dat doen wij overigens wel met die van slachtoffers. Het is goed dat de samenleving weet wie de daders zijn. Hiermee kan herhaling voorkomen worden. Familieleden, collega’s, vrienden, leerkrachten en gemeenteleden, jullie weten heus wel dat jullie kinderen seksueel misbruikt worden. Doorbreek het zwijgen! Kijk niet meer de andere kant op. Nu moet je juist bemoeien en een helpende hand bieden. Bespreek met de buurt, de familie, je collega’s, de gemeentes hoe te komen tot oplossingen. Dan weet het kind dat er naar hem/haar wordt geluisterd wordt. Dat het waarde – en betekenisvol is. Neem een standpunt in tegen seksueel misbruik. Spreek je uit. Onze kinderen zijn het slachtoffer van onze zwijg- en nietsdoen cultuur. En dit moet nu echt veranderen.
Dank je wel voor deze grani Carla Bakboord. ♥
Ik ben ook trots op jou als medestrijder. ♥
Blij dat er instituten als WRC bestaan die de moed niet opgeven en hierover blijven publiceren en praten. Soso lobi, Usha
LikeLike